dinsdag 25 maart 2008

REIS VAN MIAKO TOT EDO

De 25ste maart zatererdag.
Vertrekken om 12 uur uit Miako met ongunstig regenachtig weer; passeren de brug over de rivier Sisioo. De straten van dit deel van de stad zien er zeer slecht uit en de meeste mensen die er op zijn samengestroomd, zijn erg arm. In het algemeen mag ik aannemen, dat Miako veel behoeftige inwoners telt. Ook viel het me op dat hier veel minder winkels zijn dan bij onze intocht. Deze beroemde stad eindigde met slechte hutten waarna het dorp Jamasina begint: Hier kwamen we veel karren tegen die zich van verre aankondigden door een hol gestommel. Ze zijn zeer massief, de wielen zeer hoog en lopen in een breed spoor. Ze worden getrokken door een os. Na een korte reis bereikten we de stad Otsu (Ots’) gelegen aan de Z.O. kant van de beroemde binnenzee (Omino mizu wumi).


Biwameer, uit Nippon

Aan de inrichting van de aan de landweg gelegen huizen, de winkels met uitsluitend etenswaren en voor reizigers noodzakelijke dingen is het duidelijk dat deze stad druk bezocht wordt. We gingen een theehuis binnen waar wij op een naar het meer uitlopend groot balkon genoten van een prachtig uitzicht. Het onaangename weer en de koude oostenwind van 48° F (6,7° C) maakten het voor ons onmogelijk om er lang van te genieten. Op de binnenzee waren hoge golven die in de verte een bleekgroene kleur hadden: fel schitterende dorpen en stadjes, en vaartuigen met zeilen en roeiers verlevendigden de vlijtig bebouwde oevers van deze zee, waarachter zich hoge bergen verhieven die in het noorden en oosten met sneeuw bedekt waren. (Uitwerking van geschiedenis van dit meer) Vissen zijn .? , daarnaast vindt men verschillende soorten zoetwatermosselen (zoals .?, zie verzameling) –. Vlak daarna passeerden we de aanzienlijke stad Zeze met haar mooie kasteel van de landheer Honta Isunokami. Op het meer enkele schuilhutten om vogels te schieten (toriwutsii of toja.) Daar vandaan voert een laan van sparrenbomen Z. naar Seta.


Seta, uit Nippon

In het oosten de groene zee, waarvan de oevers begroeid zijn met wilgen, sparrenbomen en elzen. In het westen rijstvelden met op de achtergrond bergen die met zwarte bossen bedekt zijn. De gebergten achter het meer in het N. en O. met sneeuw bedekt, en kaal met alleenstaande bosjes en kleine wouden. Het meer loopt in het NNO uit in een arm; die zich bij Seta in twee kleinere verdeelt. Over de eerste voert een brug van 32, over de tweede een van 96 ken [187 m]. Hier ontspringt, onder de naam Setagawa de beroemde rivier de Jodogawa, die bij Osaka in zee uitmondt. Seta ligt aan beide kanten van deze rivier. De invallende nacht maakte een langer uitzicht op dit zo mooi gelegen oord onmogelijk – we kwamen tegen 9 uur aan in Kuzatsu, waar we overnachtten

Geen opmerkingen: