woensdag 30 juni 2010

Vrijdag 30.

Volgens een bij de opreis door den Dr von Siebold gedaan voorstel om de door denzelve opgenomen en gemeten Straat (of het naauw) tusschen de eilanden Sikokf en Kiushu ter ere van Z: Exellentie Gr Gl vd C: hoogstderzelfs naam te geven, hebben wij een door den destinateur De Villeneuve daartoe vervaardigt en van eenen vergulde lijst met glas voorzien tafereel in den tempel Amidazi doen geplaatsen.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx bevattende een fraaie getekende Cartouche met den woorden hier de straat VD C en het door gen. Dr. gemaakt Latijnsch veers.
Transites ILLIUS nomen mandatas videndi
Hoc regninum nobis qui dedat cumas ferat
/Gedagtd/ Amidati den 24 febr 1826

Het gezantschap naar het K: Hof
Was getd De Sturler Dr von Siebold H. Burger
Opp & Gezant

Namiddags met barken te Kokura alwaar dezen nacht verbleven. Deden heden eene wandeling door de stad.

dinsdag 29 juni 2010

Donderdag 29.

wanneer wij ’S morgens 2 U: te Simonoseki ankerden en 'S ochtends vroeg aan land stapten.

maandag 28 juni 2010

Woensdag 28.

De boegseervaartuigen verlieten ons in de namiddag, en zeilden met flaauwe koelte tot

zondag 27 juni 2010

Dingsdag 27.

Gingen de twee andere Heeren voor en namidd aan Land. Omstreeks 5 U: namiddag ligten wij anker en wierden den gehelen nacht geboegseerd. Zonder nochtans veel te vorderen.

zaterdag 26 juni 2010

Maandag 26.

Het slechte weder aanhoudende, bleven wij alhier tot omstreeks 2 U. namiddags wanneer wij anker ligten en tegen den avond in de haven van Kaminoseki ankerden.

vrijdag 25 juni 2010

Zondag 25.

Des ochtends zeer vroeg met goede wind doch stroom tegen wederom verder geboegseerd tot voor Mitereie alwaar ankerden, en kort daarna wederom onze reis voort te zetten tot Kamoera, waar wij om regen en mist moesten ankeren; en 'S nachts een hevige wind hadden. – Gelukkig beschutte het land eenigzins. 'S nachts liet ik den schipper zeggen om nog meerder ankers uit te werpen hetwelk geschiedde.

donderdag 24 juni 2010

Zaturdag 24.

Omstreeks 3 U: na middernacht wierden wij vandaar geboegseerd. – Doch ankerden des ochtends om 10 U: uit hoofden van den Sterke regens. Vertrokken weder met boegseer vaartuigen doch moesten tegen den avond weder voor anker gaan in de nabijheid van Mitereie.

woensdag 23 juni 2010

Vrijdag 23.

wierden wij te Tomo binnen geboegseerd. Al waar wij in den binnenhaven voo 7 ½ uur ’S ocht. ankerden en alle drie aan Land stapten en den dag doorbrachten.

dinsdag 22 juni 2010

Donderdag 22.

Kwamen heden tot voor de haven van Tomo waar ankerden em den

maandag 21 juni 2010

Woensdag 21.

Ligten 'S ochtends het anker, doch moesten namiddags het wederom laten vallen om stilte en water in te nemen. –en gingen dr v S en B: aan land. – gingen wederom onder zeil nog moesten om stilte en tegenstroom weldra weder Ankeren.

zondag 20 juni 2010

Dingsdag 20.

kregen wij Sterke en tegenwind, wierpen wij het anker bij Simodozima

zaterdag 19 juni 2010

Maandag 19.

Na den middag Scheepten wij ons in de Hofreis Bark. Vorderen heden redelijk. doch

vrijdag 18 juni 2010

Zondag 18.

Heden ging ik met de gend Heeren door de stad wandelen, en wij vertoefden eenige tijd in een Theehuis.

donderdag 17 juni 2010

Zaturdag 17.

De beide andere Heeren deden eene wandeling in de stad. Ik bleef te huis omdat mijn been mij het gaan nog altijd moeijelijk en pijnlijk maakte, doch

dinsdag 15 juni 2010

Donderdag 15.

Om 6 U. des ochtends vertrokken wij en kwamen op den middag te Fiogo, alwaar xxxxxxxxxxxxxxxxxx xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx vertoefden om met de Bark onze reis voort te zetten.

maandag 14 juni 2010

Woensdag 14.

Vertrokken na gehouden middagmaal om h. 2 Ure. Het Opperh in eene en de beide andere Heeren in eene tweede bark, terwijl ik mijn ongenoegen aan de Opper Tolk had te kennen gegeven, dat hij slechts eene bark voor ons drieën had bestemd wij kwamen tot Amagazakki en van hier tot Nimomasse te land, waar wij ten 7 U: aankwamen.

zondag 13 juni 2010

Dingsdag 13.

Rusten heden uit. De Opper Banjoost kwam ook heden en stelde mij voor om dadelijk van hier met de barken naar Amagasakki te vertrekken, waar in ik toestemde. Ik ontving heden $ 1000 van de Geldkr Waarvoor [ik een] kwitantie afgaf.

zaterdag 12 juni 2010

Maandag 12.

Wij vertrokken om Zeven Uren naaar de Komedie die omstreeks 8 Ure begon. De zaal was ruim en nagenoeg in den Europeschen bouwtrant ingerigt, doch alles tot den Gordijnen toe zag er uiterst morsig en haveloos uit. Doch de toneelspelers waren in het algemeen redelijk en sommigen zelfs zeer goed. De kleeding der meesten was prachtig en rijk. De Decoratien waren eenigzins anders dan de onze ingerigt doch vrij fraai. Het eerste stuk had veel goeds en zou waarschijnlijk in Europa niet afgekeurd worden. De volgende Stukken (men moest er Vier Spelen) bevielen ons minder en wij keerden omstreeks Vier Ure naar huis. – De Opp banjoost nam afspraak met mij over de reis.

vrijdag 11 juni 2010

Zondag 11.

Om half een vertrokken. Hadden audiëntie bij de beide Gouverneurs. Wierden aldaar op de gebruikelijke wijze ontvangen en onthaald op Thee, Japanisch eten, zakki en banket. – Bij den tweede Gouverneur waar men anders ziet te Paard rijden, wierd zulks ditmaal niet gedaan onder voorgeven dat de bereider ziek was.
Wij gingen vervolgens de KoperSmelterij Maandag bezigtigen waarvan de inrigting aller slechts is. – Na die bezigtiging wierden wij ons den Koper Smelter zeer goed op Japanische verversingen, vruchten en zakki onthaald. De tafel was met eenig zeer fraai Europeesch Zilver en glaswerk gedekt en men had de attentie gehad ons stoelen te geven, zoodat wij hier beter dan ergens anders in dit land ontvangen zijn geworden. – Tegen het vallen van den avond, gingen wij bij den Vogel verkoper, waar echter niet meer dan vijf vogels en drie honden te zien waren. Zodat wij spoedig naar ons Logement terugkeerden.

donderdag 10 juni 2010

Zaturdag 10.

Gingen om half tien Ure in Norimons naar buiten, eerst naar het Theehuis Naniwaya bezagen aldaar den sparreboom die zeer groot en aardig, als een rond dak geleid is, vervolgens bezagen wij deTempels Soemius en Faninoze , waar een Toren is die vrij fraai en stout gebouwd is. – Vandaar gingen wij naar het Theehuis Woekamoesei en bezagen in het naar huis keeren den plantentuin en kwamen om acht Uren in het logement terug.

woensdag 9 juni 2010

Vrijdag 9.

Voormiddags bezochten mij de hier zijnde Reken en reparatie meester en bepaalde ik met de Opper Tolk de uitgang dagen, des Audiënties op den 12 en het vertrek den 14 dezer. –De Opper banjoost kwam mij verzoeken morgen vroegtijdig van huis te gaan. Later kwam de Onder Tolk mij zeggen dat den 7e de audiëntie verhinderd zijnde de 6e die plechtigheid zou kunnen plaatshebben en daartegen het gaan naar de Komedie als dan op den 7e. Al weder streken van de Tolken, misschien om het vertrek te vervroegen. – doch gewis hebben zij er iets mede voor. –
Namiddags kwam binnenkants een Gouvrs Secretaris mij bezoeken

dinsdag 8 juni 2010

Donderdag 8.

kwamen wij om half zeven Ure des ochtends te Ozzaka aan waar tegen de avond ons eenige kennissen bezochten.

maandag 7 juni 2010

Woensdag 7.

Vetrokken om een uur en kwamen om zeven ik kon om den verre afstand die te voet moest afgelegd worden, niet den Keizerlijke Tempel bezigtigen. – Ik bezag alleen eene zeer groote klok die in de voorhof staat en ging volgens Kapittel naar een zogenaamd Theehuis, om het overige gezelschap af te wachten. Daar ik zag tot mijne bevreemding dat het slechts uit eene loots bestond, aan alle kanten open, en daar ik het beneden mijn waardigheid achtte mij daar aan eene opzettelijke daartoe bij een gevleide menigte ten toon te stellen, bleef ik een mijnen Norimoro zitten, en gaf mijn ontevredenheid daarover den Tolken te kennen. – Ik bezag vervolgens de Tempel (Daiboeto) of zogenaamde Tempel der 3330 beelden, dien ik met moeite half afging en vertrok naar Foesimi waar wij bezoek kregen van eenige Miakosche Doktoren, die ons tot daar hadden uit verzeld. – Om half tien ‘S avonds gingen wij naar boord, ik van eene zeer vrij fraaie en wel ingerigte bark en de twee overigen Heeren in eene andere, ieder met onze Dienaren, terwijl de Opp. en Onder banjoosten en Opp: en mindere Tolken in andere bark gingen. Wij zakten de rivier af en

zondag 6 juni 2010

Dinsdag 6.

Alzoo het heden compliment dag was, gingen wij eerst voor een Uur eerst naar den Opp. Regter en vervolgens bij de twee Gouverneurs. – Hoewel mijn voet zeer pijnlijk was, viel het mij minder moeilijk dan ik ververwachtte. – Bij den Opp Regter wierden mij na de Audiëntie eenige horlogien en derzelven kettingen vertoond met verzoek op te geven waar die gemaakt waren, en aan den Doctor eenige vragen gedaan wegens Vogelen waarvan hem twee vertoond werden. – Bij een’ der Gouverneurs werd den Dr gevraagd of een zieke Dienaar hem mogt komen raadplegen. Hij bood aan die in het gouvt te zien bezoeken, waar eerst gezegd was dat hij woonde. Doch na eenige tijd wierd gezegd dat hij te veraf woonde, en wij vertrokken zonder verder iets daarvan de vernemen. – Na de middag kwam de Opp Banjoost om tegenwoordig te wezen, bij het ontvangen der zogend Gezanten. Deze kwam vervolgens, doch de beide van de gouvrs zo laat, dat ik aan de Tolken zegde te zullen opstaan indien zij niet spoedig kwamen. – Zij bragten zoo als gewoonlijk vijf Kabaaijen en tien Schuitjes Zilver tot tegengeschenk.

zaterdag 5 juni 2010

Maandag 5.

De Opp Banjoost kwam heden twee malen bij mij, alzoo ik verklaard had niet te zullen ter audiëntie gaan ten zij mij toegestaan wierd, om mij in een leuningstoel van mijn Norimoro tot in de audiëntiezaal te laten dragen, omdat ik niet over de losse steenen kon gaan waarmede het voorplein der Jap: huizen van voornamen Ambtenaren gewoonlijk belegd zijn. Dit liet de Opp Banjoost door den Hospes aan de binnenkant onderzoeken, of dat openlijk zou gevraagd kunnen worden. – . – Dan het antwoord niet gunstig zijnde wierd bepaald, dat ik door twee mannen ondersteund, over den plaats zou gaan. Ik gaf echter te kennen, dat zoodra mij zulks te bezwaarlijk zou worden ik naar mijne Norimoro zou teruggaan. Hierover was de Opp. Banjoost in groote verlegenheid. Ik stelde hem echter, daar ik anders geene bijzondere reden van klagen over hem had, gerust door hem te beloven dat ik alles zou doen wat ik vermogt om ter audiëntie te gaan.

vrijdag 4 juni 2010

Zondag 4.

De Opp Banjoost kwam heden voormiddag, er wierd wederom lang gedebatteerd of den Audiëntie morgen zou plaatshebben, dan op mijn voorstel wierd dezelve op overmorgen bepaald. Ik kreeg heden alsmede veel bezoek.

donderdag 3 juni 2010

Zaterdag 3.

Voormiddags kwam den Opp. Banjoost. Hij en de Tolken drongen aan op dat ik mij zou verklaren of ik overmorgen al dan niet ter Audiëntie zou kunnen gaan. Zij sloegen mij voor om alleen de twee andere Heeren in mijne plaats te sturen indien het ongemak aan mijn’ voet mij belette te gaan. Dit laatste weigerde ik echter en na lange woordenwisseling werd bepaald, dat de Opp Banjoost morgen mijne decisie deswegens zou komen vernemen. Den Tolken gaven mij te kennen dat de Opp Banjoost zeer verlegen was daar ons verblijf alhier langer dan gebruikelijk moest plaatshebben.
Namiddags kwamen drie Docters van den Geestelijke (of zoo als den Japanner hem noemen, Erf) Keizer waar onder een die mij aangekondigd wierd als hoger in rang dan de N: Gouverneurs. Zij boden mij eenige geschenken van fraaije Japansche teekeningen enz. aan.
Een dier Heeren bragt eenen schilder van Den Dairi mede die mij eenige teekeningen van zijn werk aanbood en nog eenige schetsen in mijn bijzijn teekende.

woensdag 2 juni 2010

Vrijdag 2.

bezoek van onze kennissen bij de opreis gemaakt en namiddag stuurde mij de Fjoenago Foeziwarano Fajotaeje door een zijner Dienaren een Japansch gedicht en eene tekening op zijde welke eerste hij mij bij den opreis beloofd had met eene zeer beleefden boodschap dat ik maar had te zeggen wat ik verlangde en dat hij het mij zou bezorgen waarvoor ik hem beleefdelijk liet bedanken, hem slechts verzoekende ons een fraaie Eng: gekleurde plaat en een theekopje en schoteltje dat ik hem stuurde tot een aandenken te willen aannemen.

dinsdag 1 juni 2010

Donderdag 1 juni.

Om 10 Uren voormiddags ten Miako. Kreeg heden en