zondag 13 februari 2011

De 13e staken wij over naar Simonoseki [Shimonoseki], het westelijkste punt van het grote eiland Nipon //Nippon = Honshū//, alwaar wij tot de 22e vertoefden, om onze bark te laden en op een goede wind te wachten.

Men ziet op de genoemde overtocht in de verte de stad Dayrie [Dairi], in vroegere tijden de zetel van de geestelijke keizer, en midden in het vaarwater de klip, waarop de vermaarde Tayko sama [Taikō sama = Toyotomi Hideyoshi (1537-98)] schipbreuk leed, hetgeen de gezagvoerder van zijn vaartuig het leven kostte. Men heeft op deze klip een zuil of een Tempeltje gebouwd, zowel ter nagedachtenis aan dit voorval, als aan het overlijden van een jonge prins uit het geslacht van Heike, Antokftenno [Antoku Tennō, ca 1183] genaamd, die, in de armen van zijn min of voedster, zijn leven opofferde om niet aan zijn vijanden uitgeleverd te worden. De min namelijk verdronk zich met den zevenjarige prins.


Uitzicht op Simonoseki. (Uit: Nippon)

Simonoseki is een handelsplaats, waar buitengewoon veel scheepvaart is. Men drijft hier een grote handel in rijst, tarwe en andere granen, gedroogde vis en houtskool, en werkt er buitengewoon fraai in steen, waarvan we enige kleinigheden kochten. De stad ligt aan zee, en telt onder verscheidene andere, de vermaarde Amidais [Amida] tempel die gesticht is ter nagedachtenis aan de jonge held die hiervoor genoemd is. Hij is bij deze tempel begraven met zijn voornaamste dienaren, en men vertoont hier zijn wapens, afbeeldingen en ook een beeld van hem levensgroot in brons gegoten.

Geen opmerkingen: