zaterdag 15 mei 2010

Maandag 15.

De Opp Tolk bragt mij het Translaat van het op gister ontvangen antwoord van den Gouvr. –Ik zond den Opp Banjoost twee Ikjes met Laken waarvan een half Ikje in stede van de twee (Kapittel) stukken Patnam [?] Sitsen en een koebang voor de voering van den Mantel. En aan den 3 Onder Banjoosten 3 Ik: do Laken in stede van den 3 St (Kap:) Tafachelaxxxx

' S avonds kwam de K: Hof sterrenkundige (eigenlijk Boekbewaarder) en deed mij verscheidene vragen omtrent de Duitschen Keizer en enige andere Duitsche Vorsten. –

Ik toonde hem de nieuwe Nederlandsche lengtemaat (El) en deed hem de gronden kennen waarnaar die berekend is, en tevens dat ook de inhouds en zwaarte maten daarmede in verband staan.. –Hij begreep alles zeer wel en hoorde het met genoegen aan (ongelukkig kon de Tolk mij niet volgen). – De Sterrenkundige den Duimstok wenschende te hebben, gaf ik hem dien. – Hij had mij onlangs gevraagd doen vragen of men te Batavia of in Holland een kaart voor hem zou kunnen graveren, en daar ik geantwoord had, dat ik vooraf die kaart wenschte te zien, had hij dien medegebragt en ik was wezenlijk verstomd die te zien, daar ik twijfel of men in Europa wel iets beters zou kunnen maken. Het is de kaart van geheel Japan op eene groote schaal, volmaakt goed getekend met aanwijzing der gronden. – Ik vernam dat omtrent 30 jaren lang op die kaart gewerkt was, er zijn in alle de gedeelten van het land, deskundigen gevonden om de opnemingen te doen, alles op ’S Keizers kosten. – Die onderneming en de uitvoering[?] doen waarlijk de Natie eer aan. – Hij zegde mij aan den Keizer permissie te zullen vragen, om de kaart naar buiten ’s lands te zenden, en het anders binnenkants zou doen. Ik zegde hem dat mijn gouvt zonder twijfel gaaarne behulpzaam zou zijn om die kaart in plaat te doen brengen, hetgeen hem zeer genoeglijk was. – – Hij zegde mij dat de evenredigheid der Japanse mijl was nagenoeg als 28 1/5 tot de onze zeemijl van 15 in de graad. – en gaf mij de bevolking van Jedo op als omtrent 1.300.000 alleen de burgers, doch dat de soldaten, Lhr Dienaren en vreemden nog veel meer bedroegen en dus dat geheel onzeker ware.

Geen opmerkingen: